Al vroeg was ik geïnteresseerd in windmotoren. In 1981 werd ik als 18-jarige na het behalen van het getuigschrift molenaar op de korenmolen te Sloten. Mijn ouders woonden toen in Ruigahuizen nabij Balk (Frl.). Het leek mij leuk om bij het huis een windmotor op te bouwen. In die tijd stonden her en der in Zuid-West Friesland nog kleine windmotoren, vaak op de plaats van een gesloopte spinnekopmolen. Vrijwel allemaal zijn ze in het kader van ruilverkavelingen in de 1980-er jaren gesloopt.
In 1982 kocht ik een kleine windmotor (raddiameter 5 meter) van een boer te Molkwerum. De windmotor zal waarschijnlijk net voor of na de oorlog zijn gebouwd door L. van der Laan uit Garijp. De bouwdetails zoals de dubbele staarten, constructie van het turbinelichaam, wijze van bevestiging van de vleugels van het windrad en de kruilier maken dit duidelijk. Het turbinelichaam is al gelast, wat een bouw van net na de oorlog waarschijnlijker maakt. Voordien stelde Van der Laan het turbinelichaam samen d.m.v. klinknagels. Bij de Van der Laan-windmotoren werden vrijwel geen gietijzeren onderdelen gebruikt zoals Bakker uit IJlst dit wel deed.
Deze windmotor was toen niet meer in gebruik. Een trekker kon de centrifugaalpomp aandrijven. Ik demonteerde de windmotor in mei 1982. Eerst het windrad eraf met de vleugels en vervolgens kon met een kraan de hele toren met de twee staarten naar de grond worden gebracht.
In Ruigahuizen werd door mij een nieuwe fundering gestort waarin een stalen ondertoren werd opgenomen. Daarop werd de windmotor uit Molkwerum geplaatst na door mij geheel te zijn gerestaureerd.