De Jousterperpolder werd in 1917 samen met andere polders omgevormd tot het Waterschap Ritseburen. In 1923/1924 werd hier de muonts afgebroken en vervangen door de huidige windmotor, één van de vier in het nieuwe waterschap. In 1961 werd in de windmotor een dieselmotor geplaatst bij wijze van hulpbemaling.
De bovenbouw werd in 2000 gerestaureerd/gereviseerd door de firma Bakker uit IJlst. Voor de onderzijde was geen geld, de vijzel had als gevolg van diepontwatering geen tasting meer.
Later werden voor restauratie van de onderbouw wel plannen en subsidieaanvragen ingediend, en deze werd in 2004 ook gerestaureerd.
-----
De in 1924 gebouwde molen is van het merk Energie.
De naar Amerikaans model ontstane windmolen van het merk "Energie", uit Duitsland (Dresden), geïmporteerd door N.V. Electro-Technisch Bureau Scholten & Pijper uit Hoorn, werd in 1924 gebouwd op de plaats van een afgebroken traditionele windmolen. Deze molen is de enige overgebleven grote Energie windmotor in Nederland.
De toren staat in een uit beton opgetrokken fundering. Op de fundering is een betonnen onderbouw aangebracht voorzien van een betonnen dak. De onderbouw is voorzien van twee gietijzeren zesruits-ramen boven de waterlopen en een in een stalen kozijn aangebrachte houten toegangsdeur. De voorwaterloop is voorzien van een stalen krooshek. De stalen vijzel is gelegen in een betonnen vijzelbak met houten deksels. De betonnen achterwaterloop is voorzien van een houten wachtdeur. De molen maalt door middel van een bemalingskolk uit op de Trekvaart van Bolsward naar Workum (Friese boezem). De stalen toren heeft een ladder en een stelling bestaande uit stalen liggers, een houten dek en een stalen hekwerk. Aan de bovenzijde van de toren is een op kogellagers draaiend gietstalen motorlichaam aangebracht. Het windrad telt dertig gegalvaniseerde stalen bladen en heeft een diameter van 10 meter. Het rad bestaat uit tien straalarmen, waar tussen segmenten met ieder drie bladen (verbonden door drie ringen) zijn aangebracht. De molen is voorzien van twee vanen: een hoofdvaan en een zijvaan. De eerste dient voor de zelfregeling naar de windrichting, de tweede voor zelfregeling naar windsterkte. De molen is voorzien van een gietstalen gaand werk en stalen spillen. Als uitzondering is de staande spil aan de onderzijde voorzien van een vanginrichting om de molen stil te kunnen zetten bij dieselaandrijving.
De molen is voorzien van een zogenaamde gecombineerde bemaling. Dat wil zeggen dat de vijzel zowel door windkracht (hoofdbemaling) als door een dieselmotor (hulpbemaling) kon worden aangedreven. De dieselmotor is in 1995 verwijderd, de aandrijving is nog aanwezig.
Naast de molen is in 1995 een modern elektrisch aangedreven vijzelgemaal geplaatst, dezelfde polder bemalend als de windmotor en uitmalend via dezelfde molenkolk. Dit moderne gemaal valt buiten de bescherming van rijkswege.
Bron: DHM Molenbestand.
-----
Vanwege de overlast die het Waterschap De Makkumer- en Parregastermeerpolders ondervond van het omliggende gebied, werden in 1917 vier nieuwe waterschappen opgericht, waarvan het Waterschap Ritseburen er een was. Het omvatte het gebied van de vroegere particuliere Ritsebuursterpolder, Jousterperpolder en Angterperpolder. In 1923 en 1924 werden de drie molens vervangen door vier windmotoren.
In 1961 werden in de grootste windmotoren, die te Bonjeterp en Jousterp, dieselmotoren geplaatst bij wijze van hulpbemaling.
In 1966 werd een van de kleinere windmotoren vervangen door een elektrisch gemaal, en in 1970 werd de windmotor te Bonjeterp omgebouwd tot een dieselgemaal. Dat windmotor-onderhuis heeft er nog lang gestaan.
Uit archiefonderzoek blijkt dat de beide grote windmotoren van het Waterschap Ritseburen van het merk Energie zijn/waren, ze werden opgebouwd door de firma Mous te Balk.
Bron: verzamelinventaris van de gedeponeerde archieven van het waterschap "It Marnelân", Harry de Raad.
Aangevuld met informatie van Jan Hofstra, dec. 2015 - jan. 2016.
-----
Om te voorkomen dat het windrad onbelast gaat draaien wanneer de hulpaandrijving is ingeschakeld, bracht men net onder het dak een vangwiel op de spil aan met een stalen remband er omheen.
Bron: "Windmotoren: technische aspecten en fabrikanten", art. door Jan Hofstra in Molinologie nr. 46, 2016, blz. 35.
-----
De windmotor heeft een betonnen huis als onderbouw, van ca. 390 cm breed, dat staat op een funderingsplateau van ca. 450 cm breed.
Naast deze windmotor staat ook een elektrisch gemaal.
Jan Wagenaar, 8 maart 2016.
Aanvullingen
Poldergrootte 85 ha, w.p. -1,52 m. Bron: waterstaatskaart Sneek Oost, herzien in 1947-1949. Rij 15, kolom 2.
2. Foto: Jacques Tersteeg, 2 mei 1992 3. Foto: Willem Jans, 25 maart 2006 4. Foto: Mark Ravesloot, 22 juni 2009 5. Detail van bovenstaande foto